Spelregels bij competitie
							Padbol wordt 2 tegen 2 gespeeld en met alle lichaamsdelen, behalve de armen en handen.
							
							De opslag
							Deze gebeurt steeds met de voeten, van rechts of links en steeds van achter de achterste lijn. (zie groene zone op de foto hieronder)
							
							
							
							Bij het begin van een wedstrijd start de “server” steeds rechts. Na elk punt in dezelfde set wisselt de server van kant. De opslag gebeurt na een verplichte bots achter de lijn en steeds naar het diagonale vak aan de overkant. Dit mag ook via een wand gebeuren (zie tekening). Daarbij moet er minstens 1 voet steeds op de grond staan en mag de bal niet hoger botsen dan de heup. Er mag een 2e opslag gegeven worden na een foutieve uitvoering of als de bal het net raakt. De bal mag niet hoger komen dan 3,5m (=hoogte van de kooi). Bij een foutieve 2de opslag gaat het punt automatisch naar de tegenstander.
							
							
							
							De “ontvanger”
							De diagonale speler ontvangt de opslag pas NA de bots. De opslag moet verplicht botsen.
							
							Aantal passes en contacten
							One touch-play: elke speler raakt de bal steeds 1x aan. Er mogen maximaal 2 passes onderling worden gegeven, de 3e moet over het net.
							Two touch-play: elke speler mag de bal 2x raken, behalve wanneer je over het net speelt. Dit is altijd in 1x. Er mogen maximaal 2 passes onderling worden gegeven, de 3e moet over het net.
							
							De return
							Met uitzondering van de opslag kan de bal direct en zonder bots worden teruggespeeld vanuit de RODE ZONE. Tenminste 1 voet moet in deze zone staan of na een sprong ( volley) moet minstens 1 voet in deze zone landen.
							
							
							
							Met uitzondering van de opslag mag de bal NA de bots ook direct door de ontvanger over het net worden gespeeld MAAR dit kan enkel via de wanden. Dus OF in 1x en zonder pas terug via de rode zone OF in 1x terug zonder pas via een want vanuit de blauwe zone.
							Het net kan worden geraakt NA de toets op eigen helft, enkel als het geen voordeel oplevert voor de aanvaller EN zonder sprong. Het net mag niet worden geraakt TIJDENS de toets of na een sprong of tijdens het spel.
							
							Verloren punt
							De bal mag 1x botsen op eigen helft maar niet meer nadat de bal werd aangeraakt. Als de bal door je tegenstander op je lichaam wordt gespeeld en dan botst = punt voor je tegenstander. Bij het spelen van de bal over het net mag de bal niet eerst de wand raken op de helft van de tegenstander. De bal moet dus eerst botsen alvorens hij daar de wand mag raken.
							
							Ijzeren hek
							De bal kan het ijzeren hek raken op eigen helft NA een bots tegen de wand. Dus indirect mag de bal op eigen helft het ijzeren hek raken. Wanneer de aanvaller de bal zodanig hard op de grond van de tegenstander “smashed” en hij na de bots het ijzeren hek raakt, wordt er gewoon doorgespeeld. 
                        
							Punten scoren
							De puntentelling is hetzelfde als in tennis, met 15, 30 en 40 punten, alsook “advantage” bij 40-40. Dit wil zeggen dat je vanaf 40-40 met 2punten verschil moet winnen. Eén set bestaat uit 6 games waarbij de beste van 3 sets de wedstrijd wint. Een set kan enkel gewonnen worden bij een verschil van 2 games. Bij 6-6 kan een Tie Break, met ook 2 games verschil, uitsluitsel brengen voor de winst van de set met 7-6. De score van de Tie Break gebeurt uitzonderlijk in “1-0”, “1-1”,     “2-1”,… . Hierbij zal elke speler om de buurt 1x opslaan vanuit de rechterkant en daarna slaat elke speler om de buurt 1x op vanuit de linkerkant. De teams wisselen elkaar hierbij af. Volgorde opslag: A1 opslag rechts, B1 opslag rechts, A2 opslag rechts, B2 opslag rechts, idem voor de linkerkant.